Het merk IB is in ieder geval in Gouda, Leiden, Gorinchem, Amsterdam en Maastricht gebruikt.
Omdat het vrij veelvoorkomende initialen zijn en er dus ook relatief veel pijpenmakers met dit merk waren zijn de pijpen ondergebracht op twee verschillende pagina's. Deze pagina bevat vooral de 17e eeuwse bodemvondsten met het merk IB, op deze andere pagina zijn de 18e en 19e eeuwse vondsten ondergebracht.
Onderstaande pijpjes zijn Leidse produkten en worden toegeschreven aan Jan Boet, die tussen ca 1620 en 1650 in Leiden werkzaam was
In Gouda is het merk IB in gebruik geweest bij achtereenvolgens ;
1686- Jan Claesz. Bos
1696- Jan Arijse Boot
1744- Hendrik de Jong
1744-1753 Ruth Boot
1775- Jan Bokhoven
1823- Jacobus Overkamp
1825- Cornelis Zieleman
1848-1865 Wed. C. Zieleman
Onderstaand pijpje dateert uit de periode 1690-1710, waarschijnlijk Gouda
Tussen ca 1684 en 1728 is de Gorinchemse pijpmaker Jan Blij actief geweest aan wie het gebruik van dit merk wordt toegeschreven (ref *22).
In Schoonhoven was tussen 1728 en ongeveer 1745 de weduwe 'Nijs Bakker' als pijpenmaakster actief. Later zouden ook haar twee zoons (Nicolaas en Govert) en ook kleinzoons, pijpenmaker worden. Haar overleden echtgenoot Ionys (Dionys) heeft waarschijnlijk tussen circa 1708 en zijn overlijden in 1728 pijpen gemaakt. Het merk dat hij gebruikt zal hebben was waarschijnlijk IB. Pijpjes met de voor Schoonhoven zo kenmerkende versiering van 3 stippen op een zijde van de ketel zouden heel goed van hem (of zijn weduwe) kunnen zijn.
De letters I en B aan weerszijden op de zijkanten van de hiel. Gevonden in Utrecht, mogelijk daar, in Schoonhoven of in Gorinchem gemaakt
Tussen ca 1650 en 1675 is in Maastricht de pijpmaker Joris Brock actief geweest
In Amsterdam trouwde op 14/6/1630 de uit Engeland ('Niewcastel') afkomstige John Brown, hij was toen 24 jaar en zou de initialen IB gebruikt kunnen hebben (Friedrich, 1975)