Nihoul a Nimy

In 1825 vestigde de pijpenmaker Francois Joseph Nihoul die in 1766 in Andenne geboren was, zich in Nimy. Hij gebruikte als merk de letter N. Toen Francois in 1831 overleed nam zijn zoon Jean Bapiste Nihoul het bedrijfje over en gebruikte het merk JBN. 

 

In 1881 nam zijn zoon Emile Francois Nihoul het bedrijf over en hij gebruikte het merk P.

 

Rond de eeuwwisseling ging het slecht met de fabriek en namen zoon Felix met hulp van zijn vrouw en schoonzus de leiding over en leek het bedrijf zich te herstellen. De Eerste Wereldoorlog maakte daar vervolgens een eind aan, het bedrijf werd verwoest, de productiemiddelen gingen verloren. Na de oorlog werd er nog wel een poging gedaan door de schoonzus maar dat was geen lang leven beschoren en het bedrijf sloot de deuren in 1920.

 

Schmidt & Falleur

1886 is het jaar dat er in Belgie grote sociale onrusten uitbreken als gevolg van de enorme sociale ongelijkheid: fabrieksarbeiders en mijnwerkers worden uitgebuit, hebben geen stemrecht en komen door de teruglopende economie als gevolg van overproductie extra in de knel. In diezelfde tijd doen de eerste vormen van industriele mechanisatie en automatisering hun intrede waarmee het aantal benodigde arbeidskrachten gereduceerd kan worden. 

Op 18 maart 1886 komen twee- tot drieduizend arbeiders samen op de Place St-Lambert in Luik om de vijftiende verjaardag van de Commune van Parijs te herdenken (zie kader). Wanneer ze op hun tocht door de rijke buurten van de stad lopen, raken de gemoederen verhit. De luxe en de rijkdom die ze er zien, staan zozeer in contrast met hun ellende, dat ze in woede losbarsten. Een klein deel van de betogers begint winkels te plunderen. De politie komt onmiddellijk tussenbeide en aarzelt niet om de sabels te gebruiken. Er vloeit bloed. Arbeiders sterven onder de handen van de ordetroepen. Dat is het begin van twee maanden van stakingen, verzet en oproer.

Er vinden diverse hardhandige confrontaties plaats tussen stakers en politie en leger waarbij vele slachtoffers vallen. 

 

Wanneer de stakingen en onlusten over hun hoogtepunt zijn gaat de overheid op zoek naar de “aanstichters”. Twee glasblazers, actieve en populaire leden van de Union Verrière, Oscar Falleur (secretaris en verslaggever van de socialistische krant Le Peuple) en Xavier Schmidt (net ontslagen door zijn baas Baudoux) zullen als voorbeeld worden gesteld. Het proces over de brandstichting in de glasfabriek Baudoux en in het kasteel van de eigenaar zijn een gedroomde gelegenheid om de vakbond te onthoofden. De overheid ziet nauwlettend toe op de samenstelling van de jury: de dertig gezworenen zijn bankier, notaris, industrieel, … Het verbaast niemand dat het Hof de twee kopstukken van de arbeiders schuldig verklaart aan “het aanzetten tot plunderen en schending van het recht op arbeid”. Ze worden beiden tot twintig jaar dwangarbeid veroordeeld. De zwaarst mogelijke straf voor dit soort delicten. Maar de arbeiders laten dat niet over hun kant gaan.

 

In mei 1887 breekt een nieuwe staking uit in Henegouwen en Luik. 60.000 stakers eisen algemeen stemrecht en…amnestie voor de veroordeelden van 1886. Ze vragen in het bijzonder de vrijlating van hun twee leiders. Een maand later zwicht de overheid en komen de gevangenen al dan niet onder voorwaarden vrij. 

 

 

De portretten van Oscar en Falleur zijn door diverse Belgische pijpenfabrikanten op hun producten verwerkt: een actueel thema waarmee de roker zijn ongenoegen met de sociale ongelijkheid en solidariteit met de stakers en protesterenden kon laten blijken. 

 

Onderstaande pijp is gemaakt door de Belgische Firma Nihoul die gevestigd was in het plaatsje Nimy. Op weerszijden van de ketel zijn twee portretten afgebeeld, voorstellende Schmidt en Falleur, en op beide zijden van de steel is de tekst 'AMNISTIE' te lezen. De pijp is gemerkt met een bandstempel op de steel 'Nihoul a Nimy, Depose' en in de hiel is het merk P gestempeld. Deze pijp zal tussen 1886 en het begin van de 20e eeuw gemaakt zijn. 


Laatste Nieuwe

21/4: Een erg scherp uitgevoerde 'rustende herderin met een schaapje' van de Goudse pijpenmaker Wagenaar.

21/4; Jacob van Wingender Knoedgen (Belgie) : l'Union fait la force.

04/4; Een fraaie rekening van de firma Wingender Knoedgen uit 1868.

13/3; Een paar complete en bijna complete 17e eeuwers

12/3; Gouds pijpje uit de vroege 18e eeuw met fraai getordeerde steel

10/3; Het Wapen van Friesland

23/1: Weer wat pijpen uit de collectie op foto gezet waaronder weer leuke hiel-merken. 

20/1: Twee fraaie dubbele krulpijpen (VIVAT DE PRUYSE) van Marinus van Duyn, tussen circa 1885 en 1925 gemaakt.


14/1: Wat leuke pijpjes gevonden in Rotterdam

13/1: Pijpjes van de eerste plastic materialen en bakeliet.

12/1: Pijpje van Martinus van Duijn.

19/12: De afgelopen maanden een paar hele fraaie pijpen van meerschuim kunnen toevoegen.

21/5 : Het IJzeren Kruis

8/12 : De pijpenmakers van Schoonhoven is het resultaat van ruim twee jaar archief onderzoek. Een 432 pagina's tellend boek dat een geheel nieuwe blik werpt op de industrie in deze stad en ruim 120 makers in detail belicht. Heel veel tot op heden onbekende informatie.